zaterdag, mei 14, 2011

Rukje naar rechts: de ChristenUnie na “Rooie Rouvoet”

Rukje naar rechts: de ChristenUnie na “Rooie Rouvoet”

Ewout Klei

Een tijdlang stond de ChristenUnie bij vriend en vijand bekend als tamelijk links. Waar haar voorgangers het Gereformeerd Politiek Verbond en de Reformatorische Politieke Federatie door de buitenwacht ‘klein rechts’ werden genoemd, was de ChristenUnie dit niet zonder meer. Natuurlijk, de partij was net als de SGP tegen abortus, euthanasie en het homohuwelijk. De ChristenUnie besefte echter dat deze seculiere wetten niet konden worden ingetrokken en profileerde zich vooral op het sociale vlak, en zette zich in voor de zwakken in de samenleving. Het onder Jan Peter Balkenende steeds rechtser wordende CDA vond dit zo vervelend, dat Maxime Verhagen tijdens een verkiezingscampagne sprak over “Rooie Rouvoet”. Is met het vertrek van André Rouvoet uit de politiek een einde gekomen aan deze koers en kiest de ChristenUnie net als de SGP weer voor een onversneden rechts geluid? Of blijft de partij onder leiding van Arie Slob een zogenoemde ‘christelijk-sociale’ koers varen?
De ChristenUnie behaalde dankzij Rouvoet haar grootste successen. In 2006 verdubbelde het zetelaantal van de partij en in 2007 kwam de ChristenUnie zelfs in de regering terecht, iets wat GPV en RPF nooit gelukt was. Rouvoet kon niet meer stuk. Bij de achterban was er sterk een gevoel van trots. De orthodox-christelijke partijen waren eindelijk in het regeerkasteel beland. Waar in de jaren tachtig door de seculiere partijen maar ook door het CDA schamperend werd gesproken over de Staphorster variant – een centrumrechtse coalitiemogelijkheid die leunde op de steun van GPV, RPF en SGP – zagen CDA en PvdA de ChristenUnie in 2007 wel als een serieuze gesprekspartner.
Toch waren er bij de achterban ook twijfels. Nederland was anno 2007 allang geen christelijk land meer, en om te regeren moesten er compromissen gesloten worden. De meeste CU-leden beseften hun partij abortus, euthanasie en het homohuwelijk niet kon terugdraaien, maar wilden wel iets ‘positiefs’ op micro-ethisch gebied realiseren. Onderhandelaars Rouvoet en Slob beseften dit en dankzij hun inzet kwam er een bepaling in het regeerakkoord, dat er voor de zogenaamde ‘weigerambtenaren’ – ambtenaren van de burgerlijke stand die homo’s weigerden te trouwen – ruimte moest zijn. Tegen deze bepaling kwam echter zo veel verzet, dat de ChristenUnie bakzijl moest halen. Ook in de discussie over embryoselectie trok de partij aan het kortste eind. Rouvoet wilde een absoluut verbod op embryoselectie, maar vond behalve natuurlijk zijn eigen partij en de SGP de hele Tweede Kamer tegenover zich. Op het moment dat het kabinet-Balkenende IV begin 2010 viel, had de ChristenUnie ten aanzien van de micro-ethiek niets ‘positiefs’ weten binnen te halen.
Het was dan ook niet verbazingwekkend dat toen de ChristenUnie bij de Tweede Kamerverkiezingen van 9 juni 2010 en de Provinciale Statenverkiezingen van 2 maart 2011 veel stemmen verloor, behoudende partijleden meteen met een beschuldigende vinger naar de huns inziens linksige partijleiding wezen. De ChristenUnie zou als regeringspartij te veel water bij de wijn hebben gedaan en het principiële getuigenis tegen de tijdgeest zijn vergeten. Onder behoudende CU-leden was veel sympathie voor de SGP, de kleine christelijke partij die haar handen nog nooit vuil had gemaakt aan het regeerwerk, maar ook voor de PVV, de getuigde tegen de islam. Partijmastodont Bert Dorenbos – oud-directeur van de Evangelische Omroep en nu vooral bekend als radicale antiabortusactivist – schreef in het Reformatorisch Dagblad (zie: http://www.refdag.nl/opinie/regering_met_pvv_verdient_steun_cu_1_500961 ) dat hij als CU-lid SGP had gestemd, en grote moeite had met de coalitievoorkeur van de CU-fractie, die liever nog de ‘libertijnse’ aartsvijand D66 in de regering zag dan een (gedoog)constructie met de PVV.

Het argument dat Wilders niet gedoogd kan worden vanwege zijn „beledigend en vernederend taalgebruik” gaat voorbij aan de terechte bezorgdheid die de PVV heeft over het gevaar van de islam. De grenzeloze naïviteit van de politiek in Den Haag en bij vele kerken, inclusief dus kennelijk de CU, over de dictatuur van de islam, en het absoluut afwijzen van elke vorm van godsdienstvrijheid door de islam zou elke politieke partij wakker moeten schudden. Worden de kranten dan niet gelezen in Den Haag? (…)

En als de PVV sterk opkomt voor de veiligheid in ons land, is dat te prijzen. Welke partij durft de verloedering in ons land aan te pakken? En zelfs op het gebied van het ongeboren leven heb ik van Agema, nummer twee op de PVV-lijst, behartigenswaardige woorden gehoord.

Dorenbos stond vanwege zijn radicale opstelling met één been buiten de ChristenUnie. Maar ook andere CU’ers roerden zich. Nico Schipper uit Nunspeet schreef in opdracht van de partij een kritisch rapport waarin hij de linksige en weinig getuigende koers van de ChristenUnie hekelde. De partij moest weer voluit christelijk worden. Hoewel Schipper zijn verhaal niet beschouwde als een pleidooi voor een rechtse koerswijziging, was het rapport dit in feite wel, omdat hiermee vooral de traditionele achterban moest worden teruggewonnen.
Belangrijk was verder de rol van Gert-Jan Segers, directeur van het Wetenschappelijk Instituut van de ChristenUnie, die de islamcritici binnenboord moest houden. Segers wilde in gesprek met de achterban. Hij ging het hele land door en debatteerde met alle orthodoxe christenen die fel anti-islam waren, van de ‘joods-christelijke’ pastor Ben Kok - bekend/berucht vanwege zijn ongezouten islamkritiek en zijn even felle verdediging van de staat Israël – tot Peter Frans Koops, raadslid namens de Spakenburgse Vrijheidspartij, een lokale niet door Geert Wilders erkende wannabe-PVV. In een opinieartikel op de CU-website Opunie (zie: http://opunie.nl/opinie/moslims-horen-er-in-nederland-bij-de-islam-nog-lang-niet/ ) schreef Segers dat hij wel godsdienstvrijheid wilde voor moslims, maar daarnaast dat de islam niet bij Nederland hoorde. Hoewel Nederland nu geseculariseerd is en er in ons land ook moslims wonen, is de Nederlandse identiteit volgens Segers gestempeld door het protestantse christendom. CU-senator Roel Kuiper verdedigde deze visie in debat met PVV’er Machiel de Graaf (zie: http://www.youtube.com/watch?v=Hry3yZQ9w0M ). Bovendien pleitte Kuiper voor een grondwettelijk verbod op de sharia. (Zie: http://www.roelkuiper.nl/k/n28939/news/view/472711/465667/Kuiper-Zet-verbod-op-sharia-desnoods-in-grondwet.html .)
Vanwege bovenstaande voorbeelden speculeerden velen dat de ChristenUnie na het vertrek van Rouvoet (en de linksige senator Egbert Schuurman) een ruk naar rechts maken. Toen Rouvoets opvolger Arie Slob op vrijdag 13 mei door de nieuwssite Nu.nl werd geïnterviewd, werd hij dan ook meteen met het links-rechts-vraagstuk geconfronteerd. Slob antwoordde echter dat hij niets met de begrippen links en rechts had. (Zie: http://www.nu.nl/politiek/2514069/ik-heb-niks-met-links-en-niks-met-rechts.html .) Op het zogenoemde Uniecongres een dag later herhaalde Slob dit standpunt, en voegde er aan toe dat hij geen koerswijziging wenste (zie: http://nos.nl/video/240451-toespraak-arie-slob-op-christenuniecongres.html ). Ook noemde hij de successen (‘zegeningen’) van de ChristenUnie in het vorige kabinet op (“Eindelijk extra geld voor opvang van tienermoeders, eindelijk extra geld voor uitstapprogramma's van prostituees, eindelijk én voor het eerst een regeerakkoord dat sprak over veilige grenzen voor Israël.”)
Negeert de fractie hiermee de rechtse kritiek en blijft men vasthouden aan de koers-Rouvoet? Ja en neen. De partijcultuur van de ChristenUnie kenmerkt zich door een grote mate van volgzaamheid. Behalve als het over kwesties gaat die de heilige huisjes van het orthodoxe protestantisme direct raken (abortus, euthanasie, homohuwelijk en tegenwoordig waarschijnlijk ook Israël en islam), zijn partijleden zeer geneigd om de leiding in alles te volgen. De links-rechts-discussie is voor de traditionele achterban niet relevant, mits de partij ten aanzien van voornoemde huisjes haar rug maar recht(s) blijft houden. De ruimte voor de fractie om haar eigen gang te gaan is dus relatief groot en als de fractie ten aanzien van sociaal-economische kwesties wil blijven vasthouden aan de linksige erfenis van Rouvoet, kan dat. Ten aanzien van niet-materiële zaken is de marge echter smal en moet de fractie nu een rukje naar rechts maken, om het traditionele deel van de achterban, die zich beschouwd als de ware hoeder van de partijidentiteit, niet al te zeer van zich te vervreemden.
Was in 2010 de PVV nog erger dan D66, op het Uniecongres deed Slob een felle aanval op de Democraten die ‘streng religieuze scholen’ willen verbieden om vrijzinniger leerlingen en leraren te weigeren: “Brr. Onder het mom van 'vrijheid' voor iedereen' wil men het christelijk deel van de samenleving dicteren welke keuzen men zou moeten maken.” Met de gedachtegang van de PVV ging Slob daarentegen een beetje mee. Hoewel hij de toon en de radicale oplossingen van de PVV ondubbelzinnig afwees wilde Slob niet “'blind en naïef moet zijn voor het gevaar dat de islam met zich mee kan brengen'”.
De nieuwe CU-leider kwam met zijn toespraak de behoudende achterban tegemoet, die zich stelde achter een motie waarin de PVV niet negatiever moest worden bejegend dan andere partijen. De indiener van deze motie zei op het congres dat D66 erger was, omdat deze partij christenen zou discrimineren. (Zie: http://www.nrc.nl/nieuws/2011/05/14/gemoedelijke-sfeer-op-cu-congres-ondanks-scherpe-moties/ .) Waar Rouvoet begreep dat het pleidooi van de PVV om de bouw van moskeeën te verbieden wezenlijk iets anders is dan het verzet van D66 (en andere partijen) tegen overheidssubsidies aan christelijke organisaties die een bepaald exclusief toelatingsbeleid hanteren, denken veel CU-leden dat dit om het even is, sterker nog, dat orthodoxe christenen eigenlijk meer gediscrimineerd worden. De ChristenUnie leek de juiste jaren van haar bekrompen imago verlost, maar met dit Calimero-gedrag verschilt ze niet van die andere partij van de Staphorster variant, de SGP.
De progressieve partijen zullen in de toekomst wellicht regelmatig samen optrekken met de ChristenUnie, omdat de CU-fractie een eigen koers vaart, die soms rechts is en soms ook links. Men hoeft echter niet meer te rekenen op automatische steun, zoals in het verleden wel eens gedaan is, en al helemaal niet op een acte de présence op een zondagse manifestatie op brakke grond. De ChristenUnie mag dan misschien wel geen grote koerswijziging hebben gemaakt, van een koerscorrectie is echter wel degelijk sprake: na “Rooie Rouvoet” een rukje naar rechts.

Geen opmerkingen: